16 mei 2025 - door Paula Verschaeve
Na de industrie is het nu de beurt aan de landbouw: de Europese Commissie pakt de administratieve last aan. Op woensdag 14 mei 2025 lanceerde EU-Commissaris voor Landbouw Christophe Hansen het Omnibus III-pakket.
Kernpunten zijn:
Minder regels, minder papierwerk voor landbouwers
Vlottere toegang tot Europese subsidies
Meer erkenning voor verschillende landbouwvormen, zoals biologische landbouw
Stappen richting digitalisering en een sterke, competitieve landbouwsector
Doel van het pakket:
De administratieve lasten voor boeren en overheden verlagen
Het landbouwbeleid beter afstemmen op de Europese toekomstvisie voor landbouw en voedsel
In haar werkprogramma voor 2025 zet Commissievoorzitter Von der Leyen sterk in op administratieve vereenvoudiging. Die ambitie kreeg eerder al vorm in twee omnibuspakketten in februari. Die pakketten moeten de rapporteringsdruk rond duurzaamheidsbeleid verlagen en het Europese investeringsklimaat verbeteren.
Op woensdag 14 mei 2025 volgde een derde stap. Deze keer richt de Commissie zich op de landbouwsector. Met het Omnibus III-pakket stelt ze concrete wetswijzigingen voor in:
EU-verordening 2021/2115 over steun voor nationale strategische GLB-plannen
EU-verordening 2021/2116 over de financiering, het beheer en de monitoring van het GLB
Beide verordeningen maken deel uit van het wetgevend kader van het Gemeenschappelijk Landbouwbeleid (GLB). Naast wetswijzigingen lanceert de Commissie ook een roadmap met bijkomende vereenvoudigingsacties.
Met dit derde omnibuspakket wil de Europese Commissie de wetgeving en uitvoering van de GLB-strategische plannen eenvoudiger maken. Vandaag botsen landbouwers nog op een kluwen van administratieve verplichtingen. Dat kost tijd en geld, zorgt voor frustratie en ondermijnt het draagvlak voor het beleid. Het vertraagt de werking van landbouwbedrijven, belemmert innovatie en investeringen, en remt zo de toekomst van de sector af.
➡️ Het nieuwe omnibusvoorstel bevat een reeks concrete maatregelen. VLEVA zet de belangrijkste voor je op een rij.
De Commissie snoeit in de milieu-eisen waaraan landbouwers moeten voldoen om recht te hebben op Europese subsidies. Na de boerenprotesten in de eerste maanden van 2024 deed Von der Leyen al een aantal toegevingen om de Europese landbouwwetgeving te versoepelen. Een aantal goede landbouw- en milieucondities (GAEC - good agricultural and environmental conditions) die boeren moeten respecteren om aanspraak te kunnen maken op subsidies, werden toen eenvoudiger. Met het Omnibus III-voorstel worden nog meer voorwaarden versoepeld.
Zo zullen erkende bioboerderijen automatisch voldoen aan bepaalde Europese goede landbouw- en milieucondities. Administratieve procedures en controles worden zo vermeden en die boerderijen kunnen onmiddellijk in aanmerking komen voor bepaalde subsidies.
🗣️ “Bioboeren blijven gebonden aan hun eigen, strikte criteria. Maar ze hoeven niet dubbel gecontroleerd te worden. Dat bespaart administratie, zonder dat we inboeten op milieubescherming.” - Christophe Hansen
Daarnaast moet een deel van het landbouwareaal nog steeds als blijvend grasland ingetekend blijven. Maar op termijn zou niet 5 maar 10 procent van dat grasland verloren mogen gaan, onder andere om boeren toe te laten hun productie op te voeren. Ook de definitie van blijvend grasland wil de Commissie aanpassen. Volgens de huidige regels wordt een perceel als vast grasland beschouwd als het vijf jaar lang als grasland wordt gebruikt. Het voorstel van de Commissie zou lidstaten de mogelijkheid geven om die termijn van vijf jaar te verlengen naar zeven jaar.
🗣️ Commissaris Hansen lichtte toe: “We geven meer tijd – zeven jaar – voordat een perceel als vast grasland wordt beschouwd. Dit is een duidelijke milieumaatregel waar zowel landbouw als natuur bij winnen.”
Voor strengere verplichtingen, zoals het beschermen van veengebieden en wetlands, kunnen boeren extra steun krijgen. Ook de omschakeling naar of het behoud van biologische veehouderij wil de Commissie belonen.
Verder zouden de lidstaten meer ruimte krijgen om te bepalen wat een waterloop is. Ze moeten dan enkel bufferstroken aanleggen langs rivieren waar dat echt nuttig is.
Lidstaten krijgen ook meer speelruimte om hun strategische plannen aan te passen.
Het voorstel bepaalt dat lidstaten maar één keer per jaar meer een plaatscontrole van een landbouwbedrijf mogen uitvoeren, tenzij echt nodig. Controles worden ook efficiënter gemaakt met satellietbeelden en technologie.
Kleine landbouwbedrijven worden vrijgesteld van bepaalde milieucontroles. Tegelijk wordt de jaarlijkse forfaitaire betaling die kleinschalige landbouwbedrijven zonder extra controle kunnen krijgen, verhoogd. Vandaag de dag kunnen boeren per jaar 1 250 euro ontvangen. De Commissie wil dat optrekken tot 2.500 euro. Bovendien krijgen kleine landbouwers ook de kans om extra vergoedingen te krijgen, als ze milieuvriendelijke praktijken toepassen.
Landbouwers die getroffen worden door natuurrampen (droogte of overstroming) of dierziektes krijgen betere ondersteuning via nieuwe crisispremies. De Commissie stelt twee soorten noodfondsen voor, die kunnen worden ingezet bij natuurrampen, met vastgelegde maximumbedragen. Lidstaten moeten ook een hogere compensatiegraad voorzien voor boeren die verzekerd zijn of gebruikmaken van andere instrumenten voor risicobeheer.
Tot slot zullen kleine landbouwers makkelijker toegang krijgen tot steun via een nieuw eenvoudig financieringsinstrument: een eenmalige subsidie tot 50 000 euro om hun bedrijf concurrerender te maken. Lidstaten worden ook aangemoedigd om digitale systemen te ontwikkelen die goed op elkaar aansluiten. Volgens het principe “één keer rapporteren, meerdere keren gebruiken” hoeven boeren hun gegevens maar één keer in te geven in één systeem.
Aanvullend op dit initiatief lanceerde de Commissie ook een roadmap met verdere vereenvoudigingsacties (die bijlage). De roadmap bevat een overzicht van geplande maatregelen, hulpmiddelen en een indicatieve timing om het GLB verder te optimaliseren. De voorgestelde acties worden in de loop van 2025 uitgevoerd.
In de loop van 2025 werkt de Commissie nog aan een breder vereenvoudigingspakket. Dit zal gericht zijn op andere beleidsterreinen dan het GLB, om zo de brede agrovoedingsector concurrentiëler en veerkrachtiger te maken.
Wat gebeurt er nu? Het nieuwe omnibuspakket bevat verschillende wetsvoorstellen. Die gaan nu naar het Europees Parlement en de Raad. Zij zullen het pakket bespreken en goedkeuren of aanpassen. Daarna volgen de onderhandelingen (= trilogen).
🗣️ “We geven meer verantwoordelijkheid en vrijheid aan onze boeren, in plaats van hen vast te zetten in een te strak regelgevend keurslijf.” - Europees Parlementslid Wouter Beke (cd&v)
🗣️ “Kleine en biobedrijven krijgen heel wat versoepelingen. Boeren moeten niet de hele dag bezig zijn met administratie, maar met hun core business: voedsel produceren.” - Vlaams minister van Omgeving en Landbouw Jo Brouns (cd&v)
🗣️ Groen pleit voor een andere aanpak: "We moeten onze boeren steunen door te investeren in duurzame landbouw, klimaatbestendige gewassen en betere bescherming tegen extreem weer - niet door de milieu- en klimaatbeleid in de landbouwsector overboord te kieperen." - Europees Parlementslid Sara Matthieu (Groen)
🗣️ “Er is ook een lichtpuntje: bioboeren moeten aan dezelfde milieueisen, en dus administratie, voldoen als alle andere boeren, terwijl hun bedrijfsmodel inherent veel duurzamer is. De lasten voor bioboeren worden nu verlicht, wat hopelijk een zetje in de goede richting is.” - Europees Parlementslid Sara Matthieu (Groen)
Het Omnibus III-voorstel is geïnspireerd door de strategische dialoog over de toekomst van de Europese landbouw, het bijbehorende rapport en de Europese toekomstvisie voor landbouw en voedsel.
Dit voorstel past binnen een bredere vereenvoudigingsagenda, in lijn met het EU-Competitiviteitskompas. Het moet de landbouwsector competitiever, veerkrachtiger en digitaler maken, met extra aandacht voor jonge boeren en biologische landbouw.
Documentatie Omnibus III (zie bijlage)
Persbericht van de Europese Commissie
De bijhorende roadmap (zie bijlage)