01 maart 2023
Op 23 februari presenteerde de Commissie een evaluatieverslag waarin wordt beoordeeld hoe ver de lidstaten staan met de automatische en wederzijdse erkenning van kwalificaties uit het hoger en middelbaar onderwijs en opleiding.
Het evaluatieverslag is een vervolg op de "Aanbeveling van de Raad inzake de bevordering van de automatische wederzijdse erkenning van kwalificaties van het hoger en het hoger secundair onderwijs en leerperioden in het buitenland".
In het verslag worden ook de resultaten van leerperioden in het buitenland vermeld.
Ongeveer vier jaar na de goedkeuring van de aanbeveling van de Raad (november 2018) heeft de Commissie een evaluatieverslag gepubliceerd over de vorderingen met de automatische en wederzijdse erkenning van kwalificaties van hoger en middelbaar onderwijs en opleiding. Daarnaast vermeldt het verslag ook de vooruitgang die is geboekt met de automatische erkenning van de resultaten van leerperioden in het buitenland.
De volledige uitvoering van de aanbeveling door alle EU-lidstaten zou een essentiële bouwsteen van de Europese onderwijsruimte vormen, aangezien dit de mobiliteit van lerenden in de hele EU zou vergemakkelijken. Zo zou een student met een bachelor die toegang heeft tot een master in één lidstaat, in aanmerking moeten komen voor een master in alle andere lidstaten. De Commissie is daarom van mening dat er meer inspanningen geleverd moeten worden tegen 2025.
Het verslag maakt gebruik van een ‘verkeerslichtsysteem’ dat de tot dusver door elke lidstaat geboekte vooruitgang weergeeft voor zeven criteria. België scoort goed (groen) op twee criteria nl. ‘instrumenten voor transparantie’ en ‘automatische erkenning van leerperioden in het buitenland voor het hoger onderwijs’. Daarnaast scoort België matig op ‘monitoring en evaluatie’, ‘ondersteuning voor instellingen en agentschappen’ en ‘automatische erkenning van vaardigheden in het middelbaar onderwijs’. Tot slot scoort ons land slecht (rood) voor twee criteria nl. ‘automatische erkenning van vaardigheden in het hoger onderwijs’ en ‘automatische erkenning van leerperioden in het buitenland voor het middelbaar onderwijs’.
De tekst geeft ook aan welke stappen nog nodig zijn om de nodige randvoorwaarden, vertrouwen en transparantie binnen hun onderwijsstelsels te waarborgen. Een aantal van de suggesties om te verbeteren zijn:
Meer duidelijkheid over het concept ‘automatische erkenning’ bij de stakeholders op institutioneel niveau
Nadenken om eventueel de bevoegdheid voor automatische erkenning over te dragen aan een instantie op systeemniveau.
Er moet prioriteit gegeven worden aan acties en instrumenten ter verbetering van de erkenning van langere perioden in het buitenland in instellingen voor secundair onderwijs (met name VET).
…
Lees hier het persbericht.
Lees hier het verslag.
Lees hier de algemene samenvatting.