AGRI-commissie bespreekt ontwerpadvies inzake Bodemgezondheidswet

01 december 2023 - door Paula Verschaeve

De AGRI-commissie publiceerde op 14 november 2023 haar ontwerpadvies over het Commissievoorstel voor een richtlijn inzake Bodemmonitoring en Bodemveerkracht (de Bodemgezondheidswet). Aansluitend bespraken de MEP’s van de AGRI-commissie dit ontwerpadvies tijdens hun vergadering op 28 november 2023. 

  • De Europarlementariërs uiten hun bezorgdheid over de doelstelling '100% gezonde bodems tegen 2050' en de criteria voor het classificeren van bodems als 'gezond' of 'niet-gezond'.

  • Volgens MEP Bert-Jan Ruissen en MEP Gilles Lebreton wordt het subsidiariteitsbeginsel in het Commissievoorstel genegeerd.

  • Stemming over het ontwerpadvies en de ingediende amendementen staat voorlopig gepland in februari 2024.

Ontwerpadvies AGRI-commissie in een notendop

In het algemeen diende rapporteur Maria Noichl (S&D, Duitsland) 47 amendementen in. De belangrijkste voorgestelde wijzigingen zijn:

  • bindende tussentijdse streefcijfers voor 2035, 2040 en 2045, voordat het streefcijfer van 100% gezonde bodems in 2050 wordt bereikt;

  • verplichting tot het opstellen van een bodemgezondheidsplan, in overeenstemming met nationale herstelplannen;

  • nieuwe beginselen voor ‘duurzaam bodembeheer’;

  • het openbaar maken van een ontwerplijst van bodembeheerpraktijken.

Opmerkingen rapporteur

Maria Noichl adviseert om de doelstelling ‘tegen 2050 gezonde bodems’ juridisch bindend te maken en middellangetermijndoelstellingen voor 2030 en 2045 vast te stellen.

Daarnaast pleit M. Noichl voor het verminderen van het verlies van landbouwgrond met bindende tussentijdse doelstellingen. Ze wijst ook op belang van de beschikbaarheid en transparantie van verzamelde gegevens over bodembeheerpraktijken en is van mening dat zowel samenwerking tussen lokale en nationale autoriteiten als grensoverschrijdende acties noodzakelijk zijn.

Opmerkingen commissieleden

José Manuel Fernandes (EVP, Portugal) roept op tot 'realistische' doelen en voorzichtigheid bij het verhogen van de administratieve lasten. Volgens hem is een ‘standaardaanpak’ niet mogelijk: ‘De bodemkwaliteitsomstandigheden verschillen van regio tot regio, en van perceel tot perceel, en daar moet meer rekening mee worden gehouden.’, aldus Fernandes. Verder betwijfelt hij of er wel genoeg financiële middelen voorhanden zijn om bodemmonitoring uit te voeren. Hij vraagt ook om meer details over definitie ‘een 100% gezonde bodem’.

Elsi Katainen (Renew Europe, Finland) steunt de doelstelling ‘100% gezonde bodems’, maar vraagt om vergelijkbare gegevens op EU-niveau. Volgens Katainen heeft het geen zin om bindende doelstellingen vast te stellen zonder rekening te houden met de bodemdiversiteit. Ook stelt ze het classificeren van bodems als ‘gezond’ of ‘niet gezond’ in vraag.

Martin Häusling (Verts, ALE, Duitsland) stelt het volgende voor: ‘Om de doelstelling ‘gezonde bodems tegen 2050’ te halen, moeten EU-lidstaten verplicht worden gegevens te verzamelen en een nationaal plan op te stellen met juridisch bindende doelstellingen.’

Bert-Jan Ruissen (ECH, Nederland) betwijfelt de noodzaak van EU-wetgeving over dit onderwerp. Volgens hem wordt er in dit voorstel geen rekening gehouden met bodemdiversiteit. Ook de invoering van tussentijdse doelen en juridisch bindende criteria is volgens Ruissen niet haalbaar.

Gilles Lebreton (ID, Frankrijk) is tegen het ontwerpadvies. De invoering van certificering zou volgens hem leiden tot extra administratieve lasten voor de boer. Ook de doelstelling ‘100% gezonde bodems’ vindt hij onrealistisch. Bert-Jan Ruissen en G. Lebreton zijn beide van mening dat de Commissie in haar voorstel het subsidiariteitsbeginsel negeert: 'De bodem is geen grensoverschrijdende kwestie, maar slechts een nationale.’ aldus Lebreton.

Opmerkingen Europese Commissie

De Commissie, vertegenwoordigd door Humberto Delgado Rosa, herhaalt dat de bodem niet alleen een nationaal probleem, maar ook een grensoverschrijdend probleem is, vooral in het geval van overstromingen of afvloeiend water. Volgens hem respecteert het voorgestelde monitoringssysteem het subsidiariteitsbeginsel en levert het vergelijkbare gegevens op EU-niveau op.

Volgende stappen

  • MEP’s kunnen tot 1 december 2023 amendementen indienen op het ontwerpadvies.

  • Stemming over het ontwerpadvies en de ingediende amendementen staat voorlopig gepland in februari 2024.

Bronnen en meer lezen