01 september 2022 - door Ina De Vlieger
Onderhandelaars van het Europees Parlement en de Raad van de Europese Unie komen op 1 september bijeen voor een eerste zitting van interinstitutionele onderhandelingen (trilogen) over de herziening van de EU-verordening over lastenverdeling (ESR).
EC-voorstel: nieuwe bindende streefcijfers per lidstaat variëren van emissiereductie met 10% tot 50% tegen 2030
EP en Raad EU verdeeld over flexibiliteitsmechanismen
In haar voorstel voor de herziening van de verdeling van inspanningen (ESR) heeft de Europese Commissie verschillende nieuwe streefcijfers voorgesteld per lidstaat. Deze variëren van een emissiereductie met 10% tot een reductie met 50%. Deze nationale bijdragen hebben tot doel een vermindering van de EU-emissies met 40% tegen 2030 ten opzichte van de niveaus van 2005 in de niet-ETS sectoren. Het gaat voornamelijk om emissies van het wegvervoer, de verwarming van gebouwen, de landbouw, kleine industriële installaties en het afvalbeheer.
Om ervoor te zorgen dat de lidstaten hun doelstelling halen, stelt de verordening voor elke lidstaat bindende jaarlijkse limieten vast (emissierechten), die geleidelijk worden verlaagd tot 2030.
Hoewel zowel het Parlement als de Raad van de EU de nationale bijdragen en de doelstelling voor de hele EU behouden, verschillen hun standpunten over de flexibiliteitsmechanismen die in de verordening worden opgenomen. Deze bieden de lidstaten de mogelijkheid om in jaren waarin de emissies onder hun jaarlijkse emissiequotum liggen, emissierechten opzij te zetten voor gebruik in de daaropvolgende jaren of om emissierechten van de ene lidstaat naar de andere over te dragen.
In een poging om de verordening ambitieuzer te maken, hebben Europarlementariërs deze flexibiliteit beperkt. Zij stellen onder meer voor om de "veiligheidsreserve" af te schaffen - die overeenkomt met maximaal 105 miljoen ton CO2-equivalent - waarmee een extra hoeveelheid emissierechten kan worden toegewezen aan een lidstaat met een tekort.
De Raad van de EU wil flexibiliteitsmechanismen juist versterken. Hij pleit er met name voor het niveau van de jaarlijkse emissierechten die tussen de lidstaten kunnen worden overgedragen, te verhogen tot 10% voor de periode 2021-2025 en 20% voor de jaren 2026 tot 2030, in vergelijking met de huidige niveaus van 5% en 10%.
De Raad wil ook het gebruik van flexibiliteit vergemakkelijken, waardoor negen lidstaten van 2021 tot 2030 een beperkte hoeveelheid ETS-emissierechten kunnen gebruiken om emissies in onder de ESR vallende sectoren te compenseren.
Daarnaast voorziet het standpunt van de EU-Raad in flexibiliteit bij het gebruik van een door de Commissie voorgestelde extra veiligheidsreserve, terwijl het Parlement dit voorstel heeft verworpen.