U heeft thema's geselecteerd om te volgen, maar deze worden niet opgeslagen zolang u niet bent ingelogd. Login of registreer om deze thema's te blijven volgen.

Cabotage centraal in discussies over gecombineerd vervoer

10 april 2018 - door Simon De Wachter

De regels met betrekking tot cabotage, het vervoeren van goederen of passagiers tussen twee punten in hetzelfde land door een bedrijf uit een ander land, moeten opgenomen worden in de herziening van de richtlijn voor gecombineerd vervoer. Dit is de mening van rapporteur Daniela Aiuto en nationale experten in de Raad.

De richtlijn 92/106/EEG houdende vaststelling van gemeenschappelijke voorschriften voor bepaalde vormen van gecombineerd vervoer van goederen tussen lidstaten wordt herzien. In november 2017 kwam de Europese Commissie met een voorstel voor de herziening van de richtlijn voor gecombineerd vervoer, in het kader van het pakket voor schone mobiliteit, het tweede onderdeel van het mobiliteitspakket “Europa in beweging”. Momenteel zijn het Europees Parlement en de Raad druk in de weer om hun standpunt ten opzichte van dit voorstel in te nemen.

Volgens artikel 4 van de huidige richtlijn kan een operator die actief is in de sector van internationaal gecombineerd vervoer cabotage-operaties ondernemen zonder de sociale regels die hiervoor van toepassing zijn te moeten respecteren. De Europese Commissie is niet van plan om deze bepaling te wijzigen. Zowel rapporteur Daniela Aiuto (EFDD) van de commissie vervoer en toerisme (TRAN commissie) van het Europees Parlement als de experten in de Werkgroep ‘Vervoer -  intermodale vraagstukken en netwerken’ van de Raad willen echter dat deze kwestie op de onderhandelingstafel komt.

Cabotage centraal in discussies over gecombineerd vervoer

Parlement

Op 23 maart publiceerde rapporteur Aiuto haar ontwerpverslag op het voorstel van de Commissie, waarin ze 47 amendementen op het voorstel formuleert. Een deel hiervan houdt verband met de kwestie van cabotage. Zo stelt Aiuto dat de regels voor cabotage ook van toepassing moeten zijn voor binnenlandse operaties van gecombineerd vervoer. Wanneer deze operaties internationaal plaatsvinden, vindt de rapporteur dat de regels met betrekking tot detachering moeten gelden voor chauffeurs in het onderdeel van wegvervoer.

Daarnaast geeft ze enkele voorstellen die eerder van technische aard zijn. Zo is ze van mening dat:

  • vervoer naar een derde land niet als een deel van operaties van gecombineerd vervoer gezien mag gezien worden

  • de voorgestelde barrières van 150 km of 20% voor het aandeel van wegvervoer in gecombineerd vervoer moeten uitbreiden. In gebieden waar er geen infrastructuur voor gecombineerd transport voorhanden is binnen een afstand van 150 km in vogelvlucht, moeten lidstaten ook niet verplicht worden om te investeren in overslagterminals wanneer hiervoor geen gerechtvaardigde economische reden is of de geografische omstandigheden dit onmogelijk maken.

  • lidstaten verplicht moeten worden om maatregelen te nemen ten voordele van de competitiviteit van gecombineerd vervoer.

  • de opbrengsten als gevolg van de Eurovignetrichtlijn moeten gebruikt worden om gecombineerd vervoer te ondersteunen.

De Raad

Binnen de Werkgroep ‘Vervoer - intermodale vraagstukken en netwerken’ van de Raad zijn het vooral de experten van de landen die lid zijn van de Road Alliance (Duitsland, Oostenrijk, België, Denemarken, Frankrijk, Italië, Luxemburg en Zweden) die vragen om een meer robuuste regelgeving op vlak van cabotage binnen gecombineerd vervoer. Dit associëren ze met de debatten die aan de gang zijn over de herziening van de richtlijnen rond cabotage en de detachering van chauffeurs.

In de compromistekst van het Bulgaarse voorzitterschap staan eveneens enkele amendementen op het voorstel van de Commissie die meer van technische aard zijn. De Bulgaren stellen onder meer voor om:

  • operaties van gecombineerd vervoer waarbij het maritieme component plaatsvindt in een derde land of nieuwe lidstaat uit te zonderen voor de definitie

  • de richtlijn niet toe te passen wanneer er geen gelijkwaardig alternatief voor wegtransport is of wanneer een alternatief voor wegtransport niet commercieel rendabel is

  • de lidstaten elke vijf jaar te laten rapporteren over gecombineerd vervoer in hun respectievelijke grondgebieden, in plaats van de voorgestelde termijn van 2 jaar.

Ten slotte behoudt de tekst de verplichting voor lidstaten om te investeren in overslagterminals om te beantwoorden aan milieudoelstellingen. Verschillende landen, waaronder Duitsland, Italië en Nederland, steunen een bindende bepaling op dit vlak niet. Frankrijk, Italië, Portugal en Tsjechië vragen in dit verband ook om een vereenvoudiging van procedures voor staatssteun, door bijvoorbeeld steun aan gecombineerd vervoer toe te voegen aan de vrijstellingen.

Volgende stappen

Het voorstel volgt de gewone wetgevingsprocedure (medebeslissingsprocedure).

Rapporteur Aiuto zal haar ontwerpverslag voorstellen op de vergadering van de TRAN commissie op 25 april. Vervolgens krijgen de leden van commissie de kans om amendementen op het ontwerpverslag in te dienen tot en met 16 mei. Deze amendementen zullen dan besproken worden in een vergadering van de TRAN commissie op 20-21 juni. Ten slotte zal de stemming over het ontwerpverslag en de voorgestelde amendementen plaatsvinden tijdens de vergadering van 10 juli.

De Werkgroep binnen de Raad wordt verondersteld om de volgende maanden te debatteren over het voorstel van de Commissie, om uiteindelijk tot een intern standpunt binnen de Raad te komen (een Algemene Oriëntatie).

Vanaf het moment dat zowel het Europees Parlement als de Raad hun standpunt over het voorstel hebben ingenomen, kunnen informele onderhandelingen (trialogen) tussen de twee instellingen van start gaan met de bedoeling om tot een overeenkomst te komen in eerste lezing. De compromis die hieruit voortkomt moet vervolgens goedgekeurd worden door de plenaire vergadering van het Europese Parlement en door de Raad.

Maak een account aan

DOSSIER

Gecombineerd vervoer (tweede mobiliteitspakket)

De herziening van de richtlijn voor gecombineerd vervoer wordt ingetrokken door de nieuwe Europese Commissie onder leiding van Ursula Von der Leyen. De Europese Commissie zal een nieuw voorstel voor gecombineerd vervoer lanceren in het kader van de European Green Deal. Dat nieuwe voorstel mogen we volgens de roadmap verwachten in 2021.

Lees meer
Volg ons