03 april 2025 - door VLEVA team
Er is een voorlopig politiek akkoord bereikt op 24 maart 2025 tussen het Europees Parlement en de Raad rond de herziening van de richtlijn over rijbewijzen. De herziening over rijbewijzen is onderdeel van het pakket verkeersveiligheid.
Strengere eisen voor nieuwe bestuurders: proefperiode, zwaardere straffen en verplichte vaardigheden.
Tegen 2030 worden digitale en uniforme rijbewijzen ingevoerd.
Lagere leeftijdsgrenzen voor professionele bestuurders en een systeem van begeleid rijden.
Er komt een meer geharmoniseerd beleid voor het halen van een rijbewijs en voor recent geslaagde bestuurders.
Voor personen die leren autorijden zijn er nieuwe vaardigheden vereist om hen beter voor te bereiden op verschillende verkeerssituaties en -risico’s. Dit houdt in dat toekomstige bestuurders moeten leren over:
De gevolgen van telefoongebruik tijdens het rijden en andere afleidingen in het verkeer
Het gevaar van de dode hoek
Het veilig openen van deuren
Het gebruiken van rijhulpsystemen
Het rijden onder moeilijke omstandigheden, zoals sneeuw en gladheid
Als het rijbewijs behaald is, start een proefperiode van minimaal twee jaar. Tijdens deze periode zijn er strengere voorwaarden van kracht en worden nieuwe bestuurders zwaarder gestraft bij overtredingen. Zo staan er bijvoorbeeld zwaardere straffen op rijden onder invloed, het rijden zonder gordel of het vervoeren van kinderen zonder de nodige kinderzitjes. Er is geen akkoord bereikt over een alcohollimiet, maar lidstaten worden aangemoedigd om een nultolerantiebeleid in te voeren.
Tot slot wordt het voor EU-burgers eenvoudiger om een rijbewijs voor een personenauto te behalen wanneer zij wonen in een andere lidstaat dan die van hun nationaliteit.
Tegen eind 2030 zullen alle bestuurders toegang moeten krijgen tot een digitaal rijbewijs. Dit rijbewijs is hetzelfde voor alle lidstaten en zal overal in de EU erkend worden. Het blijft wel mogelijk om een fysiek rijbewijs aan te vragen.
Om het tekort aan professionele bestuurders tegemoet te komen, worden de leeftijden verlaagd.
De minimumleeftijd voor vrachtwagenbestuurders wordt verlaagd van 21 naar 18 jaar.
De minimumleeftijd voor buschauffeurs wordt verlaagd van 24 naar 21 jaar.
Het systeem van begeleid rijden maakt het mogelijk dat jongeren voor de vereiste minimumleeftijd een rijbewijs behalen onder begeleiding van een ervaren chauffeur. Voor autobestuurders wordt dit van toepassing in heel de EU. Daarnaast mogen lidstaten 17-jarigen toestaan om, onder begeleiding, een vrachtwagen of bestelwagen te besturen op hun eigen grondgebied.
Er komen gestroomlijnde regels over de geldigheidstermijn. Rijbewijzen voor auto’s en motorfietsen blijven 15 jaar lang geldig. Lidstaten kunnen hier om twee redenen van afwijken. Als het rijbewijs ook dienst doet als identiteitskaart, kunnen zij de geldigheidsduur verkorten tot 10 jaar. Daarnaast kan de geldigheid van rijbewijzen voor bestuurders boven de 65 jaar beperkt worden. Om veilig verkeer te garanderen, moeten bestuurders van vrachtwagens en bussen elke 5 jaar om een nieuw rijbewijs gaan.
Om een rijbewijs te kunnen halen, is het verplicht een medische controle te ondergaan. In het geval van motorfiets- en autobestuurders is een zelfbeoordelingsformulier voldoende. Het is dus niet nodig om deze controle fysiek bij een arts te laten uitvoeren.
De nieuwe richtlijn is een herziening van de richtlijn 2006/126/EG, die sinds 2007 van kracht is. Deze herziening was nodig om tegemoet te komen aan de huidige maatschappelijke behoeften en technologische vooruitgang.
Daarnaast kadert de herziening het binnen het pakket verkeersveiligheid. Alhoewel het aantal verkeersdoden jaar na jaar afneemt, waren dat er in 2023 in de EU nog 20.400, waarvan 270 Vlamingen. De Commissie heeft de ambitieuze doelstelling opgezet om tegen 2050 zo goed als geen gewonden of doden in het verkeer te hebben. Dit is het zogenaamde Vision Zero, met als tussentijdse doel om het aantal verkeersdoden tegen 2030 te halveren. De nieuwe regels rond verkeer moeten hier aan bijdragen.
Deze herziening volgt de gewone wetgevingsprocedure.
Dit is een voorlopig politiek akkoord en moet nog officieel goedgekeurd worden door de Raad en het Europees Parlement. Als dat gebeurd is, hebben lidstaten 20 dagen de tijd om de nieuwe regels te implementeren.
Lidstaten hebben 4 jaar de tijd om de regels te implementeren.
De tekst van het voorlopig politiek akkoord is nog niet beschikbaar.
Tekst van het voorlopig politiek akkoord (nog niet beschikbaar)
Commissievoorstel, 1 maart 2023 - COM(2023) 127 final