EFRO: Ondernemende innovatieve partnerschappen of ecosystemen in studentensteden
Deadline
Doelstellingen
Specifieke doelstelling 1 – Bevorderen van intrapreneurship en nieuwe vormen van ondernemerschap Naast de klassieke manier van opstart waarbij een persoon met ondernemingszin zijn of haar kans waagt, zijn er eveneens het ‘intrapreneurship’ en andere opstartvormen van ondernemerschap welke kunnen worden ondersteund. De focus van deze specifieke doelstelling ligt op het bevorderen van intrapreneurship en nieuwe vormen van ondernemerschap. Acties die in deze specifieke doelstelling ondersteund worden moet leiden tot een verhoogd bewustzijn rond ondernemerschap, resulterend in meer spin-ins, -outs en –offs en nieuwe opstartvormen van ondernemerschap. Door het uitwerken van een ondersteuningsstructuur kunnen deze nieuwe opstartvormen uitmonden in succesvol ondernemerschap. Binnen deze oproep ligt de focus op de opstart van Ondernemende innovatieve partnerschappen of ecosystemen in studentensteden. Een ondernemend innovatief partnerschap (‘ecosysteem’) binnen een studentenstad wordt gezien als een lokaal samenwerkingsverband tussen een stad, onderwijsinstellingen, jongerenwerking, studentenverenigingen en de lokale bedrijven en organisaties. Dit samenwerkingsverband streeft er naareen ruime ondernemende context te scheppen in de stad voor alle jongeren. Het gaat hierbij niet enkel over ‘het vormen’ van de jongeren (workshops / bootcamps/ …) maar ook over de wisselwerking tussen bedrijfsleven, organisaties, onderwijs en stad. Een ecosysteem is een duurzaam (= kwalitatief en soliede) en innovatief samenwerkingsverband op lokaal (stad en omliggende regio) niveau tussen 1. Instellingen hoger onderwijs uit de betrokken regio die een fundamentele keuze voor ondernemend onderwijs hebben gemaakt (minimaal 2 bij indiening);2. Organisaties uit de jeugdwerking (18-24j) (minimaal 1 bij indiening);3. Studentenverenigingen (minimaal 1 per onderwijsinstelling bij indiening);4. Stad (maximaal 1);5. Het bedrijfsleven uit de betrokken regio;6. Lokale (non-profit) organisaties die deel uitmaken van het lokale weefsel. De samenwerking is er één van actieve en geëngageerde partners, waarbij kwaliteit van het partnerschap van groot belang is en er samen gezocht wordt naar een actieve manier en nieuwe aanpakken om samen tot win-wins te komen. De eerste doelgroep van dit partnerschap zijn de studenten en jongeren in de stad en regio. Om die kwalitatief en duurzaam te (blijven) bereiken, is evenwel bijzondere aandacht noodzakelijk voor het in staat stellen van alle actoren die hier een cruciale rol in spelen (de docent uit de onderwijsinstelling, de werknemer uit het lokaal bedrijf of organisatie die zich engageert, …) om ondernemende innovatieve activiteiten te ontplooien en begeleiden. Expliciete ondersteuning en aandacht hiervoor zal, zeker in het opzetten en uitbouwen van het ecosysteem, nodig zijn. Het scheppen van zo’n globale innovatieve ondernemende context kan alleen als alle actoren daar samen hun unieke bijdrage in leveren. De meerwaarde ervan komt alle actoren ten goede én overstijgt ze tegelijk. Doelstelling van het partnerschap / ecosysteem Het ecosysteem heeft als doel de jeugd te inspireren, activeren, uit te dagen, informeren, vormen en ondersteunen voor en naar ondernemerschap enmede daardoor een innovatieve ondernemende cultuur in een regionale context (verder) te ontwikkelen én binnen de werking van de eigen instellingen en organisaties te verankeren. Binnen die cultuur krijgen (en grijpen) jongeren de kans om ondernemingszin en ondernemerschap mee- te maken en te ervaren op een laagdrempelige manier. Het ecosysteem moet er voor zorgen dat onderwijsinstellingen, studentenverenigingen, de stad, lokale bedrijven en organisaties (studenten, jeugd- en andere) nog nauwer samenwerken, in een constructieve en vernieuwende kruisbestuiving, rond ondersteuning van studenten en jongeren m.b.t. ondernemingszin en ondernemerschap. Het ecosysteem is een resultante van het opbouwen en versterken van een langdurige dynamische samenwerking die elke partner ten goede komt en waarvan de meerwaarde de aparte actoren en hun werking overstijgt. Hiervoor is het noodzakelijk dat de werking rond ondernemingszin en ondernemerschap wordt geïntegreerd in de werking (in de breedte en diepte) van elke organisatie én tegelijk in een ruimere context wordt vorm gegeven. Beoogd effect De werking van het partnerschap / ecosysteem creëert kansen voor jongeren om ondernemend(er) te worden (ondernemingszin) en biedt een context waarin ze ondernemerschap ervaren en uitgedaagd worden in hun eigen ondernemerschap/ondernemingszin en verlaagt zo de drempel naar het effectief zelf opstarten van ondernemende activiteiten. Ondernemerschap wordt als gevolg hiervan als vanzelf als een reële carrièrekeuze beschouwd, ook bij studenten en jongeren die geen economische, IT- of ingenieursachtergrond hebben. We verwachten hierdoor op termijn méér student-ondernemers en in het verlengde daarvan méér jonge startende ondernemers in de studentensteden. Ruimer gezien worden jongeren geactiveerd, hun zelfvertrouwen groeit, ze hebben vaardigheden ontwikkeld die ook als werknemer in een organisatie van tel zijn, ze zijn bewuster van de eigen mogelijkheden, creatiever en innovatiever, beter in het samenwerken, netwerken, onderhandelen, minderafhankelijk en risico-avers, in staat kansen te zien en met onzekerheden om te gaan. Het ondersteunen van het ecosysteem moet er toe leiden dat er een reële ondernemende werking wordt opgezet die niet enkel de studenten en jongeren raakt, maar bij uitbreiding ook alle deelnemende partijen. Het intrapreneurship van de docenten en medewerkers van de bedrijven en organisaties die meewerken wordt aangesproken en geactiveerd, ‘slapende’ ideeën en kansen die uit onderzoek voortkomen worden opgevist en onderzocht,… In het verlengde daarvan verwachten we op lange termijn ook daar effecten naar nieuwe bedrijfsactiviteiten, ‘spin-offs en –outs. Het ecosysteem is erop gericht op termijn zelfdragend te zijn en zonder subsidie verder te gaan. We verwachten dat de activiteiten die het partnerschap ontwikkelt, van de kant van de instellingen hoger onderwijs op termijn zoveel als mogelijk in het curriculum van de betrokken richtingen geïntegreerd worden.De versterkte ondernemende context binnen de steden zal erin resulteren dat de stad en de regio een aantrekkingspool worden, voor zowel jongeren, inclusief studenten, als voor bedrijven, organisaties en onderwijsinstellingen. Aandachtspunten
- Het activiteitenaanbod staat open voor alle jongeren en/of studenten en is voor hen laagdrempelig (ook financieel). Specifieke aandacht moet gaan naar studenten uit niet-economische, juridische of ingenieurs-richtingen,; we verwachten dat er van de instellingen hoger onderwijs een actief engagement komt uit minstens één richting die niet economisch of juridisch is, of tot ingenieurswetenschappen behoort.. Het is evenzeer van belang dat studentenverenigingen uit liefst alle richtingen actief een leidende rol in het ecosysteem spelen.
- Alle vormen van ondernemen worden betrokken (creëren van economische, culturele, maatschappelijke meerwaarde) uit verschillende contexten (profit en non-profit, kleine en grotere ondernemingen en organisaties)
- Multidisciplinair werken is erg belangrijk
- Aandacht moet ook gaan naar het activeren van betrokkenheid en eigenaarschap van docenten en medewerkers van de instellingen, van medewerkers van organisaties en ondernemingen en van de studentenverenigingen maar ook de student/jongere.
Let wel: het opzetten en uitbouwen van een jongeren- of studenten coöperatieve wordt uitgesloten in deze oproep. Hoewel dergelijke coöperatieven deel van het ecosysteem kunnen uitmaken, worden ze binnen dit kader niet gesubsidieerd.
Budget
Het EFRO - steunpercentage bedraagt maximaal 40%. De EFRO – bijdrage en (eventuele) cofinanciering door het Vlaamse overheid bedragen maximaal 70% van de totale projectkosten. De toekenning van Vlaamse, provinciale of andere cofinanciering dient uiterlijk bij de definitieve goedkeuring van het project te worden bevestigd. Aan de projectpromotoren wordt in principe een eigen financiële bijdrage van minimaal 30% gevraagd. Voor deze oproep is een budget van 1,6 miljoen euro EFRO-steun voorzien.
Begunstigden
Alle juridische entiteiten
Info & contact
Meer lezen: http://www.agentschapondernemen.be/sites/default/files/documenten/103_-_efro_oproep_p2_sd1_ecosyteem_in_studentensteden.pdf: oproepfiche http://www.agentschapondernemen.be/sites/default/files/documenten/toelichting_efro-luik_ecosystemen_in_studentensteden.pdf : extra toelichtinghttp://www.agentschapondernemen.be/artikel/praktische-gidsen-en-sjablonen: praktische gidsen Provinciale EFRO-contactpunten :
- Provincie Antwerpen, Bezoekersadres: Desguinlei 100, 2018 Antwerpen, Postadres: Koningin Elisabethlei 22, 2018 Antwerpen, Stijn.AERTBELIEN@provincieantwerpen.be (03/240 68 24)
- Provincie Limburg, Universiteitslaan 1, 3500 Hasselt robert.daniels@limburg.be (tel. 011/23.74.32)
- Provincie Vlaams Brabant, Provincieplein 1, 3010 Leuven, claudine.carton@vlaamsbrabant.be (tel. 016/26.74.14)
- Provincie Oost-Vlaanderen, PAC Het Zuid, Woodrow Wilsonplein 2, 9000 Gent, heidi.tency@oost-vlaanderen.be (tel. 09/267.86.37)
- Provincie West-Vlaanderen, Provinciehuis Boeverbos, Koning Leopold III-laan 41, 8200 Sint-Andries, ellen.cardoen@west-vlaanderen.be (tel.050/40.31.72)
Stedelijke EFRO-contactpunten :
- Stad Antwerpen, bezoekadres: Francis Wellesplein 1, 2018 Antwerpen, correspondentie: Grote Markt 1, 2000 Antwerpen, Steven.Sterkx@stad.Antwerpen.be (tel. 03/338.61.92)
- Stad Gent, Bezoekadres: Keizer Karelstraat 1, 9000 Gent, Correspondentie: Stadhuis, Botermarkt 1, 9000 Gent, joris.demoor@gent.be (tel. 09/266.53.28)
- Centraal Programmasecretariaat
Entiteit Europa Economie, Koning Albert II-laan 35 bus 12, 1030 Brusselwouter.borremans@agentschapondernemen.be (tel. 02/553.38.32)liezelotte.deschrijvere@agentschapondernemen.be (tel. 02/553.37.23)erik.degendt@agentschapondernemen.be (tel. 02/553.27.22)