Lidstaten vragen om flexibiliteit in rechtstreekse GLB - steun na 2020
Op 4 februari werd door de nationale experts in de special committee on agriculture (SCA) van de Raad opgeroepen tot meer flexibiliteit inzake ‘rechtsreekse betalingen’ . Dit vormt een onderdeel van de voorstellen voor het gemeenschappelijk landbouwbeleid na 2020.
Tijdens de besprekingen herhaalden veel delegaties hun oproep tot flexibiliteit, ook wat betreft de definitie van ‘echte landbouwers’. Hetzelfde standpunt geldt voor het plafond en de degressiviteit van de hulp.
De meerderheid van de Raad wil een vrijwillig systeem waarbij lidstaten vrij kunnen beslissen over drempels en kortingspercentages. Sommigen opteren voor een systeem waarbij subsidies voor jonge boeren, ecodivices en gekoppelde steun van deze regeling worden vrijgesteld. Daarnaast vroegen bepaalde actoren de mogelijkheid tot vrijwillige aanvragen voor herverdelende betalingen (betreffende de premie voor de eerste hectares op boerderijen), of - bij gebrek hieraan - meer flexibiliteit.
De rapporteur van het Europees Parlement stelde daarnaast degressieve steun voor , waarbij de drempel op 150.000 euro ligt en waarboven de steun met 25% zou worden verlaagd. Dit tenzij 5% van de nationale enveloppes worden besteed aan herverdelende betalingen.
Bovendien waren de experten van de lidstaten tevreden met het voorstel van de Roemeense voorzitter van de Raad om 'farm sustainability tool for nutrients' te schrappen van de vereisten inzake steunvoorwaarden, zoals de Europese Commissie reeds voorstelde. Echter ze verzetten zich nu tegen de opname van dit instrument in landbouwadviesdiensten.
Tijdschema
Het Roemeense voorzitterschap hoopt een compromistekst over de toekomst van het gemeenschappelijk landbouwbeleid (GBL) te kunnen presenteren tegen de tijd dat de Raad landbouw op 18 maart bijeenkomt. De Raad streeft er naar om in juni een gedeeltelijke algemene aanpak van de voorstellen te kunnen voorleggen.
Het tijdschema van het Europees parlement blijft echter onduidelijk, gezien de aarzeling om een standpunt in te nemen over de toekomstvan de CAP voor de Europese verkiezingen. In theorie zou de parlementscommissie landbouw op 6 maart stemmen over de ontwerpverslagen. De stemming kan evenwel worden uitgesteld tot eind maart of begin april. De stemming in de plenaire zitting zou dan weer plaatsvinden in de toekomstige vergadering.