EFRO: verspreiding van technologieën met het oog op kennisvalorisatie en vermarkting - GTI Kempen
Deadline
Doelstellingen
Specifieke doelstelling 2 – Ondersteunen van de overdracht / verspreiding van technologieën met het oog op kennisvalorisatie en vermarkting - GTI Kempen Om haar positie als dynamische kennisregio te versterken, moet Vlaanderen de valorisatie van technologische en niet-technologische kennis voortdurend optimaliseren. Het stimuleren en ondersteunen van vernieuwende projecten met kennistoepassingen vormt hiervoor een belangrijk instrument. De overdraagbaarheid van deze projecten naar andere bedrijven, organisaties en instellingen staan hierin centraal. De transfer van kennis naar valorisatie vormt een moeilijke schakel in de ontwikkeling van de kenniseconomie in Vlaanderen. De aanwezige kennis moet gevaloriseerd worden in economische activiteiten en maatschappelijke toepassingen om het draagvlak en de impact van die ontwikkelde kennis te maximaliseren. Vandaag blijft de economische, industriële en maatschappelijke valorisatie van onderzoeksresultaten in Vlaanderen te beperkt. Bovendien is er ook een gebrek aan economisch ondernemerschap en wordt de verbreding van het innovatiebegrip te weinig gestimuleerd. Veelal stopt het innovatieproces in het beleid bij bewustmaking en bekendmaking. Demonstratieprojecten kunnen beschouwd worden als belangrijke instrumenten om de brug te maken naar ontwikkeling naar implementatie met een economische valorisatie in Vlaanderen en mogelijks internationaal. Dit moet resulteren in meer nieuwe en vernieuwende producten, processen en diensten, in een grotere economische en maatschappelijke toegevoegde waarde en in een belangrijkere internationale valorisatie van de Vlaamse kennis. Demonstratieprojecten hebben op die manier een brugfunctie tussen het afronden van onderzoek en ontwikkeling en het uitrollen van de innovatie over heel Vlaanderen. Demonstratieprojecten moeten ontstaan vanuit een reëel probleem of reële opportuniteit. Men moet daarbij steeds oog hebben voor het bedrijfseconomisch perspectief. De mate waarin een idee, concept, toepassing,… overdraagbaar is naar het economisch weefsel in Vlaanderen is een belangrijk criterium. Een belangrijk aandachtspunt is eveneens dat een projectvoorstel additioneel moet zijn aan het bestaande aanbod van tools, diensten en producten dat al op de markt aanwezig is. Om aan de beoogde doelstellingen tegemoet te komen (‘kennisverspreiding van innovatieve technologieën en concepten’) kan het begrip ‘demonstratieproject’ ruim geïnterpreteerd worden. Naast het demonstreren van de innovatieve techniek op zich (afhankelijk van de techniek in de setting van een infrastructuur / pilootlijn / testlijn of eerder via een ontwikkelde tool / software of het demonstreren van innovatieve methodieken of bedrijfsprocessen,…), kunnen ook flankerende acties in de vorm van ondernemersbegeleiding (collectief of in meer beperkte samenstelling) een rol spelen bij het verspreiden van kennis. Ook via netwerkactiviteiten kan men verdere kennisvalorisatie beogen. Bij deze oproep horen verder nog specifieke aandachtspunten:
- Specifieke voorkeur gaat uit naar valorisatie van industrieel onderzoek met een economische finaliteit. Op die manier wordt de wisselwerking tussen de kenniscentra en het bedrijfsleven verder geoptimaliseerd.
- Deze oproep beoogt de valorisatie van reeds ontwikkelde kennis. De fase van de kennisontwikkeling is dus reeds achter de rug. Zuivere onderzoeksactiviteiten kunnen dus niet aan bod komen, vermits hier andere steunkanalen voor bestaan
- Flankerende acties (specifieke begeleiding en netwerkacties) zijn mogelijk, maar het zwaartepunt moet steeds de demonstratie van de innovatieve techniek met oog op valorisatie zijn.
- Het project moet inpasbaar zijn in de strategische ontwikkelingskaders voor de Kempen. Dit moet duidelijk worden toegelicht in het projectvoorstel
- Het project moet behoren tot één van de acht clusterdomeinen, zoals vermeld in de Vlaamse Regionale Innovatie Strategie (RIS 3).
- Projecten dienen bij te dragen tot de output en resultaatsindicatoren
GTI Kempen en DYNAK De Kempen is een regio in transitie. De regio groeide de voorbije eeuw tot een belangrijk industrieel centrum. Momenteel is het zelfs de meest geïndustrialiseerde regio van Vlaanderen. De laatste jaren is er echter spraken van een de-industrialisering en vinden er bijgevolg heel wat bedrijfsinkrimpingen en sluitingen plaats. Deze evolutie stelt de regio voor belangrijke uitdaging op het vlak van verdere economische ontwikkeling en tewerkstelling. De economische schok die de Kempen nu ervaart biedt echter ook kansen. Vermits stilstaan achteruit gaan is, wordt de regio verplicht zich heruit te vinden en zich zo verder te ontwikkelen tot een innovatief, creatief industrieel centrum, dat beantwoordt aan de noden van de 21ste eeuw. De regio beschikt echter ook over de ingrediënten voor een slimme transformatie van het economisch weefsel:
- uitgebreide kennisbasis
- innovatieve bedrijven
- bestaande netwerken
- en een sterke motivatie bij de regioactoren
Vanwege de druk op de regio, maar ook vanwege de potentiële ontwikkelingsmogelijkheden, koos de Vlaamse Regering ervoor om een GTI voor de Kempen te ontwikkelen. Hierdoor krijgt de Kempen een extra financiële ondersteuning om zich verder te ontwikkelen en te ontplooien, ook in een ruimer geografisch verband. Hiervoor wordt verder gebouwd op het goede werk dat binnen het streekoverleg door de verschillende partners binnen RESOC Kempen werd verricht rondom het streekpact en rondom DYNAK, het economische koepel- en accelaratieprogramma dat een onderdeel is van de uitvoering van het streekpact. Sommige slimme specialisatieprojecten uit de DYNAK-studie zullen eerder op de lange termijn leiden tot economische groei en tewerkstelling. Daarom werd DYNAK aangevuld met een economisch koepel- en acceleratieprogramma met projecten en acties die op de korte termijn (2 tot 5 jaar) impulsen geven aan de regionale economie. Het betreft geen gesloten lijst. Deze projecten zullen altijd moeten bijdragen aan de versterking van het regionaal ecosysteem en zijn bij voorkeur te situeren in de één van de zes Slimme Kempense specialisatie-sectoren. Vanuit dat opzicht zijn het echte hefboomprojecten, die zowel op korte als lange termijn bijdragen aan de welvaart en welzijn van de regio. Meer informatie rond de strategische ontwikkelingskaders voor de Kempen: http://www.resockempen.be/dynak-dynamisch-actieplan-kempen/
Budget
Binnen het EFRO-programma werd 9,5 miljoen euro (gespreid over Prioriteiten 1, 2 en 3) voorzien voor de GTI Kempen. Het EFRO - steunpercentage bedraagt maximaal 40%. De totale subsidiabele kosten worden gelijkgesteld aan 100%. De EFRO – bijdrage en (eventuele) cofinanciering door Vlaamse overheden (Vlaamse overheid, Provincie, lokale besturen) kunnen samen maximaal 85% bedragen van de totale projectkosten. De promotor dient in principe minimaal 15% zelf te financieren. De toekenning van Vlaamse, provinciale of andere cofinanciering dient uiterlijk bij de definitieve goedkeuring van het project te worden bevestigd. Voor deze oproep wordt een budget voorzien van 1.500.000 euro EFRO-steun.
Begunstigden
Alle entiteiten met rechtspersoonlijkheid
Info & contact
Meer lezen: http://www.agentschapondernemen.be/sites/default/files/documenten/91_-_efro_oproep_gti_kempen_p1_sd2_-_20151027.pdf: oproepfiche http://www.agentschapondernemen.be/artikel/praktische-gidsen-en-sjablonen: praktische gidsen
Contact in Vlaanderen:
Provincie Antwerpen: Bezoekersadres: Desguinlei 100, 2018 Antwerpen, Postadres: Koningin Elisabethlei 22, 2018 Antwerpen, Stijn.AERTBELIEN@provincieantwerpen.be (03/240 68 24)
Centraal Programmasecretariaat:
Entiteit Europa Economie, Koning Albert II-laan 35 bus 12, 1030 Brusselwouter.borremans@agentschapondernemen.be (tel. 02/553.38.32)liezelotte.deschrijvere@agentschapondernemen.be (tel. 02/553.37.23)erik.degendt@agentschapondernemen.be (tel. 02/553.27.22)