Een Europese energiecrisis: VLEVA-leden aan het woord
Op 10 november 2022 vond de eerste editie plaats van het ‘Groot Vlaams Europadebat’. EU-experten, VLEVA-leden en beleidsmakers gingen met elkaar in debat over verschillende onderwerpen in het kader van de State of the Union-speech van Commissievoorzitter von der Leyen. Ze hadden het onder andere over de energiecrisis in Europa. Later bevroeg VLEVA al haar leden over hun visie op deze energiecrisis, over de bijhorende struikelblokken voor hun organisatie en over de weg die Europa hierin moet nemen.
Wat is de visie van de VLEVA-leden? Dat lees je in deze blog.
Ook benieuwd naar de mening van de VLEVA-leden over andere onderwerpen? Ontdek in dit rapport hun standpunten over 4 actuele EU-thema’s:
- Een gevolg van de oorlog in Oekraïne – Energiecrisis in Europa
- Europa in een geopolitieke wereld – Handel in tijden van onrust en sanctieregimes & omgaan met afhankelijkheden
- Een sterke sociale markteconomie – Een gunstig ondernemersklimaat en een beroepsbevolking met de juiste vaardigheden
- De weg naar een klimaatneutraal en digitaal Europa – De rol van vernieuwing
Problematische prijsverhogingen en nood aan versnelde energietransitie
Bij de bevraging van de VLEVA-leden naar hun standpunten in het kader van de energiecrisis waren er twee zaken die bij vele leden terugkwamen.
Ten eerste benadrukten verschillende VLEVA-leden de enorme prijsverhogingen voor energie én de daaruit resulterende prijsverhogingen op andere vlakken. Deze prijsverhogingen hebben problematische gevolgen: productiebeperkingen of zelfs productiestopzettingen, leveringsproblemen in de waardeketen, een gebrek aan level playing field op de internationale markt en een aantasting van de Europese economische competitiviteit.
Ten tweede menen vele VLEVA-leden dat de oorlog in Oekraïne (die aan de basis ligt van de energiecrisis) de nood aan een versnelde energietransitie illustreert. Renovaties winnen aan belang en de nood aan minder afhankelijkheden op vlak van energie is helder. Het Vlaamse middenveld is het er bovendien over eens dat de oplossing voor de torenhoge energieprijzen van Europa moet komen. De EU moet ijveren voor een Europees prijsplafond en voor een hervorming van de energiemarkt met een loskoppeling van de prijs voor elektriciteit en voor gas.
Specifieke insteek vanuit elke organisatie en hun achterban
Daarnaast gaven de leden ook insteek over de energiecrisis die heel specifiek geldt voor hun organisatie, sector en achterban.
Verso wijst op het belang van investeren in publieke gebouwen. Ook Gezinsbond focust op het belang van renoveren, maar wijst daarbij specifiek op het belang van toegankelijkheid. 40% van de gezinnen kan geen bijkomende leenlast dragen (zeker gezien het huidige gebrek aan betaalbaarheid van facturen en de onzekerheid over facturen nu er geen vaste contracten meer zijn). Het risico bestaat dat huishoudens die niet de middelen hebben om te renoveren, blijven hangen in slecht geïsoleerde huizen (lock-in). De Vereniging van de Vlaamse Provincies (VVP) struikelt ook over het betaalbaarheidsvraagstuk. De begrotingen van provincies staan momenteel onder grote druk. Minder afhankelijkheid van niet-EU landen moet nagestreefd worden. Digitaal Vlaanderen meent hierbij dat Europa moet streven naar een slimme energiemarkt. Ook VITO poneert in dit kader dat innovatie de sleutel tot succes is en dat de EU ten volle moet focussen op het ondersteunen, versterken en implementeren van onderzoek en innovatie.
Embuild Vlaanderen benoemt de bouwsector als een essentiële partner bij het behalen van de klimaatdoelstellingen door diens rol bij renovaties. Door leveringsproblemen van bouwmaterialen en de verhoogde prijzen van bouwmaterialen moeten veel aannemers en installateurs echter hun werken opschorten. Europa moet daarom onder andere de circulaire bouweconomie optimaal aanmoedigen en focussen op decentrale energievoorzieningen.
Boerenbond wijst specifiek op de prijsverhogingen van hun grondstoffen. Aangezien de voedselproductie op korte termijn en lange termijn moet gegarandeerd blijven, moet Europa de beschikbaarheid en prijs van grondstoffen in de hand houden, de agrovoedingssector als essentieel beschouwen voor de bevoorrading van energie en bouwen aan strategische autonomie. Agrolink benadrukt daarnaast de enorme impact van de oorlog in Oekraïne op de export van groenten en fruit.
Hoewel normaal van het principe ‘Laat ondernemers maar ondernemen’, geeft UNIZO nu te kennen dat het uitschrijven van subsidies een na te streven kortetermijnoplossing is tot de problematiek structureel wordt aangepakt met een prijsplafond en een hervorming van de elektriciteitsmarkt. Voka wijst hierbij op het belang van een gecoördineerde Europese aanpak (die langdurig kan gelden) om het internationale economische level playing field te beschermen bij het reageren op de crisis.
VLAKWA wijst specifiek op het belang van water voor de nodige energietransitie. De water-energie-nexus moet centraal staan bij de hervorming van verschillende Europese energie-gerelateerde richtlijnen. De Vlaamse Waterweg wijst er bovendien op dat de hogere materiaalkosten zorgen voor veel hogere projectkosten waardoor projecten in het kader van klimaat- of milieudoelstellingen vertraging oplopen. VLIZ benadrukt dan weer specifiek dat de oorlog in Oekraïne ook een belangrijke impact heeft om het ecosysteem van de Zwarte Zee. Europa moet in dat kader momenteel observeren, meten en informeren.
North Sea Port zegt dat de hoge energieprijzen de competitiviteit aantasten van de energie-intensieve bedrijven in het havengebied en daardoor negatieve gevolgen hebben voor de Vlaamse economie. De oorlog zorgt daarnaast ook voor een ernstige verstoring van de logistieke ketens vanuit de havens in Oekraïne (die traditioneel voor graanproducten een belangrijke handelspartner zijn). De Blauwe Cluster wijst erop dat, niettegenstaande de roep naar near-shoring en on-shoring, een ‘Fortress Europe’ niet de weg is naar een duurzame en vreedzame economische en energetische transitie. Ook Port of Antwerp-Bruges benadrukt het belang van internationale connectiviteit en kan zich niet vinden in een eenzijdig ‘made in Europe’ verhaal. Agoria meent ook dat over het algemeen (en specifiek in verband met grondstoffen) niet gestreefd moet worden naar autonomie, maar wel naar wederzijdse afhankelijkheden.
Essenscia benadrukt dat de chemie- en life sciences-industrie een grote industriële energieverbruiker is, maar ook aan de basis staat van verschillende waardeketens. Europa moet daarom via internationale diplomatie onze directe bondgenoten aanzetten om solidair te zijn en hun gasprijzen voor Europa te verlagen. De emissierechten uit de MSR (‘market stability reserve’) zouden ook terug op de markt gebracht kunnen worden, gezien dit mechanisme momenteel contraproductief werkt. Ook Transport en Logistiek Vlaanderen (TLV) bemerkt dat transporteurs via brandstof enorm veel energie verbruiken en zich geconfronteerd zien met enorme prijsverhogingen. Het lukt niet om deze kosten door te rekenen.
Deze blog beschrijft de visie van onze VLEVA-leden slechts in een notendop. Hun uitgebreide standpunten over de energiecrisis en hun kijk op de andere onderwerpen vind je in dit rapport.